top of page

Aporie en verwondering

Updated: Jan 4



Iemand wenste mij een kerstfeest waarbinnen 'aporie' mocht bestaan. De zender was een filosoof, dus ik vermoedde dat het geen belediging was maar juist iets diepzinnigs zou betekenen en zocht het even op. Het woord aporie stamt af van het Grieks en betekent letterlijk zoiets als: zonder een uitweg. Aporie komt in de geschiedenis van de filosofie voor bij de paradoxen van Zeno. Een paradox is bij uitstek iets zonder uitweg richting de waarheid.

Ook de filosoof Jacques Derrida heeft het verbonden aan de staat waarin een filosoof verkeert wanneer een stuk tekst bij nadere lezing, gedeconstrueerd wordt en de waarheid en de coherentie van de tekst uiteenvalt.


Dit uiteenvallen, deze deconstructie door filosofisch onderzoek, een ontleding van een zin, een vraag of zelfs een ogenschijnlijk 'simpel' woord, komt tijdens het filosoferen regelmatig voor. Wat is liefde? Je ontrafelt de betekenis, licht alle mogelijke perspectieven door en komt erachter dat het woordje 'liefde' en alle theorieën erover uiteenvallen. Het is alsof de wereld uit elkaar valt, omdat je te dicht met je neus op de taal zit. Er is geen uitweg meer: je weet niet meer of het 'waar' is wat je zojuist nog fel bepleitte, en soms overvalt je een gevoel van verwarring, twijfel of zelfs schaamte. Voor het cognitieve wankelen na een filosofische discussie of vragenvuur, hadden de Grieken zelfs een woord, 'elenchus', waarbij ook deze schaamte zit ingesloten.


Dit kan de reden zijn dat sommige mensen liever niet filosoferen. Ze blijven liever vanuit hun veilige huis van waarheden naar buiten kijken, zonder te reflecteren op die waarheden. Daarvoor heb ik alle respect. Iedereen mag uiteraard zelf beslissen in hoeverre het 'leuk' is om die blik om te draaien en alles eens van een paar andere kanten te bekijken. Bij sommige breinen komt er dan onmiddellijk paniek vrij, angsthormonen, en dat wil ik niet op mijn geweten hebben. Soms komt het voor in de klas dat een leerling (ergens op het autistische spectrum) van de leerkracht een koptelefoon op mag zetten. Ze weet dat die leerling boos kan worden door in de verwarring te komen van het niet-weten. Dit is niet per se autistisch, maar menselijk.


Degenen die er wél zin in hebben, kunnen juist door het voelen van die aporie een kick ervaren. Een vreemde sensatie, waarbij de taal lijkt los te komen van de wereld en de wereld een soort magische glans krijgt. Wie ben jij om te snappen wat de waarheid is? Wat is snappen? Wat is waarheid? Wie ben jij?

De ene vraag tuimelt over de volgende en wat er over blijft is jouw denkende gedachte. De rest lijkt gedeconstrueerd. Misschien was René Descartes' methodische twijfelexperiment dat leidde tot zijn beroemde uitspraak 'Ik denk dus ik ben' een reconstructie van een soortgelijke absolute twijfel.


In onschuldige gesprekken met kinderen over snoep, tafels, vriendschap, knuffels, schaduwen of televisie, kunnen we zijdelings langs dit gevoel scheren van niet-meer-weten. We weten dat we het niet zeker weten, zoals het citaat gaat dat we de wijze Socrates toeschrijven. Zo lang deze uitwegloosheid bij het reflecteren op gedachten niet paniek maar verrassing oplevert, voelt het als verwondering. Een verrassing over het doodnormale, de wereld.


Geïnteresseerd in kinderfilosofie?


Leer ook filosoferen met je klas in 6 zaterdagen in de Opleiding Kinderfilosofie!







Comentários


bottom of page